NVOW

terug

Azawakh - Rasstandaard

FCI nr. 307 - 15/10/2019

Aangevuld met opmerkingen (cursief).

Goedgekeurd door de clubs SLAG en CLAMED

De door de SLAG voorgestelde wijzigingen in de Azawakh rasstandaard, gebaseerd op het werk van professor Triquet en Guintard, zijn aangenomen door de Société Centrale Canine.
De FCI erkende deze aldus gewijzigde rasstandaard als de officiële rasstandaard op 15.10.2019.
Op dat moment werd het wenselijk geacht enkele verduidelijkingen aan te brengen zodat er op sommige punten geen onjuiste interpretatie van de standaard kan ontstaan.
Het schrijven/de redactie van deze toelichting werd toevertrouwd aan Jean-Louis Brassat-Lapeyrierre.
De vetgedrukte delen geven aan wat afwijkt van de vorige standaard van 17.04.2015.
De verduidelijkingen zijn cursief gedrukt, na elk deel van de betreffende tekst. Zij gaan vergezeld van tekeningen die de minimale en maximale witte aftekening tonen, evenals de ideale afmetingen.
Deze verduidelijkingen zullen zeer nuttig zijn om de kennis van Azawakh liefhebbers en andere windhondenliefhebbers te verbeteren.
Elke verduidelijking geeft begrijpelijke en aanvullende informatie over de verschillende punten van de standaardbeschrijving.


15.10.2019/ FR

Standard-FCI N°307


LÉVRIER DE L'AZAWAKH

HERKOMST: Noordelijke grensgebieden van Mali en Niger; de hellingen van de Azawakh vallei

PATRONAAT: Frankrijk.

DATUM PUBLICATIE VAN DE OFFICIEEL GELDIGE RASSTANDAARD: 04-09-2019.

GEBRUIK
Zichtjacht op wild (gazelle, haas, struisvogel) en de strijd tegen roofdieren (hyena, jakhals, leeuw). Deze hond is een belangrijke metgezel in het familieleven van de nomaden en deelt hun zwervend bestaan.

FCI KLASSIFICATIE:
Groep 10, Windhonden.
Sectie 3, Kortharige Windhonden.
Zonder werkproef.

KORT HISTORISCH OVERZICHT 
Het is een Afrikaanse Windhond die afstamt van types, afgebeeld op duizenden jaren oude rotsschilderingen in het centraal Afrikaanse gebied. Naarmate de Sahara droger werd, zakten herders/jagers, de Touaregs, de Dahoussahaqs en de Peuls met hun honden af naar de meer gastvrije Sahel landstreken: de randen van de droge Azawakh vallei, geschikt voor veeteelt en jacht . Behorend tot de cultuur van de bevolking die het ras ontwikkeld en gevormd hebben, staat het bekend als ‘Oska’ in de taal van de Touaregs. Europese liefhebbers ontdekten en bewonderden het ras en selecteerden het vervolgens met hulp van fokkers van de eerste afstammelingen die vanaf 1968 naar Europa werden geëxporteerd.

Opmerkingen Historisch overzicht:
De verwantschap met de Sloughi en de Saluki is er zeker, maar is zeer oud. De Azawakh windhond heeft zijn Afrikaanse identiteit al meer dan twee millennia en behoort tot de cultuur van de Berbervolken. Terwijl de Sloughi in Afrika werd geïntroduceerd door de Arabisch-islamitische migratie.

ALGEMENE VERSCHIJNING
De Azawakh windhond is vooral slank en elegant en geeft een algemene indruk van grote sierlijkheid. Zijn beendergestel en bespiering zijn zichtbaar onder een dunne en droge huid. Hij toont zich als een langgelijnde hond waarvan het lichaam past in een rechthoek met de langste zijde verticaal.

Opmerkingen Algemene verschijning:
De Azawakh windhond is bijzonder elegant, hij wordt beschouwd als een schitterend dier. Op het eerste gezicht valt een fijne botstructuur op, d.w.z. niet te licht en niet te zwaar. Door het skelet en de bespiering van de hond, ziet men zijn roeping als jager van snelle prooien en beschermer van het kamp. De spieren zijn tamelijk vlak maar goed zichtbaar en de fijnheid van de weefsels laat de spieren, pezen en de aderen goed zien.

BELANGRIJKE AFMETINGEN
Schofthoogte/lichaamslengte: 10 : 9. Bij teven is een iets lagere verhouding toegestaan.
Schofthoogte/borstdiepte: 10: 4
Hoofdlengte/neuslengte: 10 : 5
Hoofdlengte/schedelbreedte: 10 : 4

Opmerkingen belangrijke afmetingen:
Deze verhoudingen zijn essentieel. Zij geven de Azawakh windhond zijn gratie en fijnheid. Het formaat, in een verticale rechthoek is zeer belangrijk om te respecteren, een vierkant formaat moet bestraft te worden.
De verhouding tussen schofthoogte en borsthoogte is ook een belangrijk kenmerk. Het diepste punt van de borstkas mag niet tot aan de elleboog reiken, maar iets daarboven.
De lengte van de snuit moet ongeveer gelijk zijn aan de lengte van de schedel. Een afwijking de ene of de andere kant op moet worden vermeden.

Ideale verhoudingen:

Azawakh-1


GEDRAG/KARAKTER
Levendig, oplettend, afstandelijk. Hij kan zéér gereserveerd tegenover vreemdelingen zijn, maar laat zich zachtaardig en aanhankelijk kennen binnen de familie én tegenover diegenen die hij wenst te aanvaarden.

Opmerkingen Gedrag/Karakter:
Bij de eerste importen kon het af te keuren verlegen karakter worden waargenomen. Het karakter is verbeterd maar een individu kan soms zeer terughoudend zijn. Maar het is belangrijk te weten dat in de oorspronkelijke nederzettingen, deze hond perfect gedomesticeerd is, leeft in de gezinnen, terwijl hij beschermer en jager is.

HOOFD
Lang, droog, fijn en goed besneden. Tamelijk maar niet overdreven smal.

SCHEDELGEDEELTE
Schedel
: Vrijwel vlak, tamelijk lang. De breedte moet beslist minder zijn dan de helft van de hoofdlengte. Van opzij gezien is de lijn van de schedel en snuit soms ietwat divergerend (convex). De wenkbrauwbogen en de voorhoofdsgroef zijn nauwelijks zichtbaar. De uitwendige achterhoofdsknobbel moet duidelijk zichtbaar zijn.

Stop: Nauwelijks zichtbaar.

Opmerkingen hoofd:
Extreem fijn weefsel bedekt de schedel en de snuit waardoor de onderliggende aderen en het fijn gebeitelde bot zichtbaar worden. Het hoofd is in harmonie met de algemene indruk van de windhond maar vermijdt elke overdrijving. Een te zwaar of juist te fijn (ongetwijfeld esthetisch) hoofd is niet in verhouding met het formaat of de functie van de Azawakh. De bovenbelijning van de schedel en snuit zijn over het algemeen parallel, een lichte afwijking kan worden waargenomen en geaccepteerd. Bij palpatie met de vingers moet de achterhoofdsknobbel goed te vinden en te voelen zijn.

AANGEZICHTSGEDEELTE
Neus: Zwart of donkerbruine kleur is verplicht. De neusgaten zijn ruim.
Snuit: Lang, recht, naar de voorkant, zonder overdrijving, iets toelopend.
Lippen: Dun, goed aanliggend, zwart van kleur of donkerbruin; geen hanglippen
Kaken/tanden: Kaken lang en krachtig. Schaargebit. Volledig gebit.
Wangen: Vlak
Ogen: Amandelvormig, tamelijk groot, licht schuine ooghoek. Donkergetint, soms barsteenkleurig. Nooit blauw. Oogleden goed zwart of donkerbruin gepigmenteerd.
Oren: Tamelijk hoog aangezet. Ze zijn fijn, altijd hangend en vlak, tamelijk breed aan de basis, dicht tegen de wangen, nooit een rozenoor. De vorm is driehoekig met een afgeronde punt. Als de aandacht van de hond wordt getrokken, richten de oren zich aan de basis op.

Opmerkingen Neus:
De neus moet goed ontwikkeld zijn met de neusgaten wijd open; de reukzin van de hond is een essentiële functie, ook al jaagt onze windhond meestal op zicht.

Opmerkingen Snuit:
De snuit is bijna recht, deze rechtheid moet worden gewaardeerd, maar een zeer lichte kromming achter de neus kan worden toegestaan.

Opmerkingen Kaken/tanden:
Een te smalle kaak, niet sterk genoeg, een terugwijkende kin, zijn te vermijden. Laten we ons deze kaak voorstellen bij de jacht, hij moet tenslotte worden gebruikt om het wild te vangen of om tegen roofdieren te vechten.

Een zeer sterke onderkaak met prominente jukbeenderen en een te korte kaak zijn belangrijke fouten
.

Opmerkingen Lippen:
De lippen zijn strak, goed gepigmenteerd en in geen enkel opzicht grof of los. Te sterk ontwikkelde lippen aan het eind van de snuit kunnen het hoofd een ‘gewone’ uitdrukking geven.

Opmerkingen Wangen:
De aangezichts- en kauwspieren (musculus zygomaticus en musculus masseter) mogen niet te sterk ontwikkeld zijn of te prominent aanwezig.

Opmerkingen Ogen:
Het ooglid betreffend: het oog is amandelvormig met een licht oplopende binnenste/ buitenste as. Een te lichte iris wordt sterk bestraft. Bijzondere aandacht moet worden besteed aan de pigmentatie van alle slijmvliezen, die niet lichter dan donkerbruin mag zijn.

Opmerkingen Oren:
De aanhechting van het oor bevindt zich op de verlengde as van de oogleden (opening), d.w.z. op het bovenste niveau van het oog. Te laag aangezet draagt het bij tot de indruk van een ‘gewone’ uitdrukking, te hoog aangezet kan de oorschelp niet meer tegen de schedel aansluiten. Er moet gestreefd worden naar een zo plat mogelijk oor. Een opgerold- of kurkentrekker-oor moet worden vermeden. Een rozenoor is een uitsluitende fout.

HALS: Goed gesteld, lang, fijn, bespierd en in profiel gezien licht gebogen aan de bovenzijde. De huid is fijn en vormt geen plooien.

Opmerkingen Hals:
Een goede lange hals moet worden nagestreefd en aangemoedigd. De hals moet harmonieus, zonder knik, in de borstkas overgaan.
De nek van de windhond is een instrument voor balans, hij mag niet overdreven van formaat zijn, noch in zijn omvang: type "giraffennek", noch in zijn doorsnede, rond van uiterlijk; de doorsnede is eerder afgeplat en ovaal. Hij moet bedekt zijn met platte spieren, er moet een zekere kracht uitgaan van dit essentiële element in de race en in de vangst/jacht.

LICHAAM
Bovenbelijning: Recht, vrijwel horizontaal of iets oplopend van schoft naar de heupknobbels. Heupen zijn duidelijk zichtbaar en op dezelfde hoogte of iets hoger geplaatst dan de schoft.
Schoft: Goed geplaatst.
Lendenen: Kort, droog.
Kroep: Goed schuin (idealiter: 45 graden).
Borst: Diep, bijna tot de ellebogen reikend. Naar het borstbeen toe geleidelijk versmallend. Voorborst tamelijk smal. Lange, nauwelijks zichtbare zichtbare ribben die geleidelijk en regelmatig gebogen zijn.
Onderbelijning en buik: De boog van het borstbeen is duidelijk zichtbaar en verloopt vloeiend naar de zeer hoog opgetrokken buik.

Opmerkingen Bovenlijn:
De bovenbelijning moet het liefst naar boven oplopen en strak zijn en in geen geval zwakte vertonen voorbij de schoft. Soms zie je dat de stand van de heupen iets hoger is dan de schoft, ook dit is een essentieel kenmerk van de Azawakh windhond. Een horizontale bovenbelijning is volledig in overeenstemming. Heupen die lager liggen dan de schoft moeten worden bestraft.

Opmerkingen Lendenen:
De lendenen zijn gedrongen, gespierd, met een bijna rechte bovenlijn.

Opmerkingen Borst:
Een lichte onderbreking in het profiel van het borstbeen mag worden aangegeven, maar zonder overdrijving.

Opmerkingen Onderbelijning en buik:
Het is noodzakelijk het zijaanzicht van de borst te specificeren, het zijaanzicht van het borstbeen is een essentieel kenmerk van de Azawakh windhond. De borst laat "een beetje lucht" onder de ellebogen. Dat wil zeggen dat ze niet tot aan de ellebogen loopt, maar tot het laagste punt van de borst. Het laagste punt van de borst ligt achter de elleboog en ongeveer ter hoogte van de elleboogpunt.

Azawakh-2 

STAART
Laag aangezet, lang, dun, droog en naar het einde toe spits toelopend. De huid is bedekt met hetzelfde haar als op het lichaam en 
er is vaak een witte staartpunt. De staart wordt laaghangend gedragen met aan het uiteinde een lichte buiging omhoog. Als de hond opgewonden is, kan de staart hoger dan horizontaal worden gedragen.

Opmerkingen Staart:
Een droge, gelijkmatig toelopende staart van voldoende lengte tot aan de punten van het spronggewricht heeft de voorkeur. Een te korte, te dikke of te volle staart moet worden vermeden. Een staart die op de rug wordt gekruld, moet worden vermeden.

LEDEMATEN
Voorhand:
In het geheel gezien: lang, droog, vrijwel verticaal. Kaarsrechte benen.
Schouders: Lang, droog bespierd en in profiel gezien slechts weinig schuin.
Opperarm: De hoek tussen schouder en opperarm is erg open (circa 130º).
Polslicht schuin.
Voorvoeten: Rond met slanke en aaneengesloten, goed gebogen tenen; de voetkussens zijn gepigmenteerd.

Opmerkingen ledematen/voorhand:

Opmerkingen schouder:
Het schouderblad is bedekt met platte spieren en moet bij palpatie goed aan de borstkas vastzitten.

Opmerkingen middenvoet/pols:
In profiel gezien, wordt een zekere scheefheid nagestreefd; deze geeft soepelheid en speelt de rol van schokdemper bij het op de grond zetten van de voorpoot. Van voren gezien wordt een zeer geringe afwijking naar buiten toe getolereerd.

Opmerkingen voeten/voorvoeten:
De voorvoeten zijn tamelijk rond van vorm, zonder helemaal katachtig te zijn en mogen niet te plat zijn.

ACHTERHAND:
In het geheel gezien: lang en droog. Van achteren bekeken, kaarsrechte benen.
Dijen: Lang met duidelijk zichtbare en droge bespiering. De hoek tussen heupbeen en dijbeen is erg open (circa 130º).
Knieën: De hoek tussen dijbeen en scheenbeen is erg open (circa 145º).
Middenvoet: Hielgewricht en middenvoet zijn recht en droog, zonder Hubertusklauwen.
Achtervoeten: Rond, goed gebogen tenen. Voetkussens zijn stevig en resistent, gepigmenteerd.

Opmerkingen achterhand:
De hond mag geen stijfheid vertonen, maar grote soepelheid en elasticiteit. De dij en het been zijn van gelijke lengte met vrij open hoekingen en een vlakke maar duidelijke bespiering.
Het spronggewricht moet zo laag mogelijk en verticaal ten opzichte van de voeten staan.
In beweging grijpen de achterbenen goed aan onder de buik en geven een effectieve duw in een brede en goed verlengde actie naar achteren.

Opmerkingen voeten:
De achtervoeten zijn tamelijk rond van vorm en mogen niet te plat zijn. De tenen moeten goed aangesloten zijn.


GANGWERK/BEWEGING
Altijd erg vloeiend en met een hoge actie in de draf en de stap. De galop is veerkrachtig. De Azawakh vertoont lichtvoetigheid en elasticiteit. 
Het gangwerk is een essentieel aspect van het ras.

Opmerkingen gangwerk/beweging:
De Azawakh windhond moet zo veel mogelijk grond beslaan, d.w.z. hij moet zijn voorbenen zelfs tot aan de hoogte van zijn hoofd gooien. In geen geval mag hij steppen of stampen, zelfs niet als zijn passen zonder overdrijving verhoogd zijn. Er moet een sterke stuwing vanuit de achterhand zijn, maar het geheel moet bewegen met gratie en een zeer lichte en soepele tred die een indruk van gratie en elasticiteit geeft. Je moet voelen dat de hond op elk moment van richting kan veranderen.

HUID
Dun, goed aanliggend over het gehele lichaam.

VACHT
Haar: Kort en fijn. Op de buik is nagenoeg geen haar aanwezig.
Kleur: Roodbruin – 
al dan niet gestroomd - met beperkte witte aftekeningen op de ledematen. Alle schakeringen zijn toegestaan van licht zandkleurig tot donkerrood (mahonie). De gestroomde vacht mag uitsluitend een zwarte tekening vertonen, geen andere kleuren. De snuit mag een zwart masker hebben.

Bijkomende uitleg over het wit in de vacht: Een bles is niet altijd aanwezigOp de voorborst mogen meer of minder uitgebreide witte vlekken aanwezig zijn maar niet hoger dan de basis van de hals. Ze mogen niet voorbij de schouderpunt noch aan één der zijden van de hals zichtbaar zijn. Echter, een dunne witte streep aan de voorzijde van de hals, op de voorborst en onderaan de borst is toegestaan. Een kleine witte vlek is toegestaan op de nek, mits niet te groot. In het verlengde van de voorborst mogen witte vlekken op de borst aanwezig zijn, maar in geen geval op de zijkanten van de ribbenkast. Elk van de vier ledematen moet een witte aftekening hebben of tenminste enig spoor daarvan op de voeten. Bij bijzonder fraai gebouwde exemplaren wordt de afwezigheid van wit op één van de ledematen aanvaard.
De witte aftekeningen op de voorbenen die vaak onregelmatig zijn, mogen in geen geval boven de ellebogen uitkomen noch tot de schouders reiken. De witte aftekeningen op de achterbenen die veelal onregelmatiger zijn en minder duidelijk, mogen niet boven het niveau van de dij uitkomen. Witte vlekken aan de binnenkant van de dijen mogen evenwel niet als een fout worden beschouwd.

Opmerkingen kleur:
Wat de tekening betreft: van voren gezien mag de borstvlek niet boven de basis van de nek uitsteken, maar een witte band of vlekken op de voorkant van de nek, op de borstplaat en op het onderste deel van de nek zijn toegestaan.
Aan de zijkant van de hond is wit alleen toegestaan onder de ellebogen en onder het spronggewricht. Aan de binnenkant van de benen is wit wel toegestaan: boven de ellebogen op de voorbenen en boven het spronggewricht op de achterbenen.
Een kleine witte bles op de neus en een witte vlek van maximaal 4 cm op de achterkant van de hals is ook toegestaan.
Een minimum aan wit op het puntje van de staart en op elke voet is wenselijk.

Azawakh-3
Minimale witte aftekeningen


Azawakh-4
Maximale witte aftekeningen

GROOTTE EN GEWICHT
Schofthoogte:
Reuen: tussen 64 en 74 cm.
Teven: tussen 60 en 70 cm.
Een verschil van 2 cm hoger of lager is toegestaan.

GEWICHT:
Reuen: circa 20 - 25 kg.
Teven: circa 15 - 20 kg.

Opmerkingen groote en gewicht:
Op dit gebied moet elke overdrijving worden bestraft, maar er moet bijzondere aandacht worden besteed aan de verhoudingen zoals hierboven vermeld.

FOUTEN
Elke afwijking van de voorgenoemde punten moet worden beschouwd als een fout die moet worden bestraft naargelang de ernst en de consequenties ervan voor de gezondheid en het welzijn van de hond.

ERNSTIGE FOUTEN:
Zwaar hoofd dat fijnheid mis
Dikke en behaarde staart, erg gekrulde staart
Lichaam te lang
Tanggebit

Opmerkingen ernstige fouten:
Hoofd en lichaam missen elegantie. Te zwaar, niet typisch genoeg voor het ras in uitdrukking, hoofd, morfologie of gangwerk.

Het type van de Azawakh: zijn morfologie (grootte, boven- en onderlijn, hals, enz.), zijn gangen, zijn hoofd en zijn expressie; is een fundamenteel aspect van het ras. Een exemplaar dat te zwaar is, een hoofd en/of lichaam zonder elegantie en fouten in het type zijn ernstige fouten die moeten worden bestraft. Aan de andere kant, in aanwezigheid van een uitstekend exemplaar in type, is een zekere toegeeflijkheid betreffende kleine fouten in de kleuring toegestaan.

CRITERIA VOOR NIET-BEVESTIGING

ALGEMEEN TYPE :
- Gebrek aan type, wat wijst op een kruising met een ander ras.
- Grootte die de norm met 3 cm of meer overschrijdt:

BIJZONDERE PUNTEN IN HET TYPE :
- Sterke anatomische misvorming die niet door een ongeluk is ontstaan;
- Heupen duidelijk lager dan de schoft.

VACHT :
- Vacht niet in overeenstemming met de standaard, d.w.z. anders dan licht zandkleurig tot donker bruin;
- Afwezigheid van witte aftekeningen op de onderkant van een of meer poten;
- Bleke ogen van een roofvogel;
- Vacht hard of halflang.

AFWIJKINGEN :
- Monorchidisme, cryptorchidisme;
- Ondervoorbijtend of overbeet.

KARAKTER :
- Angstig, met paniek, of agressief (met aanval).

ELIMINERENDE FOUTEN:
Agressieve of angstige honden
Honden met duidelijk lichamelijke - of gedragsafwijkingen worden gediskwalificeerd
Gebrek aan type
Te kleine borstkas en extreme algemene fijnheid.
Onder- of bovenvoorbijten
Neus, oogleden en lippen anders dan zwart of donkerbruin
Licht oog of blauw oog.
Rozenoor
Heupen lager geplaatst dan de schoft.
Een niet toevallige, anatomische afwijking (voorbeeld: verspringing in de aanhechting van ribben aan het borstbeen).

Aanwezigheid van Hubertusklauwen of aanwijzigingen van verwijderde klauwen op de achterbenen.
Harde of halflange vacht.
Vachtkleur niet in overeenstemming met de rasstandaard; (teveel wit, witte kraag, anders dan zwart gestroomd. Vooral letten op verdunde kleuren die niet zijn toegestaan zoals blauw en lila.
Elke hond die sporen van ingrepen in de natuur vertoont, teneinde een schoonheidsfout te corrigeren of een anatomische fout te herstellen, moet worden buitengesloten.
Grootte die meer dan 3 cm afwijkt van de rasstandaard.

N.B.:
Reuen moeten twee duidelijk normale en geheel in het scrotum afgedaalde testikels hebben.
Slechts gezonde en functioneel doelmatige honden met voor het ras kenmerkende anatomische bouw mogen worden gebruikt voor het fokken.

De nieuwe wijzigingen zijn vet gedrukt 

Opmerkingen fouten die diskwalificatie vereisen:
- Elke hond die duidelijke lichamelijke of gedragsstoornis vertoont, moet worden uitgesloten;
- Elke hond die agressie vertoont met aanvallen of bijten of paniekangst vertoont, moet worden uitgesloten;
- Een hond met gebrek aan etnisch karakter (gebrek of overmaat aan type) waardoor de hond als geheel onvoldoende op zijn soortgenoten gaat lijken, moet worden uitgesloten.
- Een hond met een te smalle of te kleine ribbenkast bij het borstbeen moet worden uitgesloten;
- Een volledig schaargebit is vereist, geen enkele andere vorm van gebit is aanvaardbaar en elke hond met een over- of ondervoorbijtend gebit moet worden uitgesloten.
- De slechte sluiting van de premolaren en de hoektanden is een belangrijk punt om te controleren, vooral in het geval van een overvoorbijtend gebit.
- De pigmentatie van de slijmvliezen moet zo donker mogelijk zijn en mag niet anders dan donkerbruin of zwart zijn.
- Een hond met irissen lichter dan amberkleurig, een bleek roofvogeloog, verslapte ogen, geheel of gedeeltelijk blauwe ogen moet worden uitgesloten.
- Een hond met een roze oor, dat de kruising met een ander type windhond aangeeft, moet worden uitgesloten;
- Een hond met een niet-conforme maat en een niet-horizontale bovenbelijning, d.w.z. overbouwd, moet worden uitgesloten.
- De kleur van de vacht mag licht zandkleurig tot donker reekleurig zijn, met uitzondering van alle andere kleuren. Een verdunde kleur (beige, isabella, blauw of lila) is uitgesloten;
- Bij een gestroomde hond mag de kleur van de strepen alleen zwart zijn, blauwe strengen zijn uitgesloten.
- Iedere hond die sporen vertoont van een chirurgische ingreep ter correctie of herstel van een esthetische of morfologische fout, wordt gediskwalificeerd.
- Een hond waarvan de lengte meer dan 3 cm afwijkt van de standaardmaten moet worden uitgesloten;
- Er moet zorgvuldig worden gelet op formaat en verhoudingen.
- Een hond die aanzienlijk afwijkt van de hierboven vermelde verhoudingen aan het begin van de standaard zou niet meer overeenkomen met de etnische kenmerken van het ras en
  moet worden uitgesloten.

N.B. :
- Reuen moeten twee normaal uitziende testikels hebben die volledig in het scrotum zijn ingedaald.
- Alleen honden die gezond zijn en in staat zijn de functies te vervullen waarvoor zij zijn geselecteerd en waarvan de morfologie kenmerkend is voor het ras, mogen voor de fokkerij 
  worden gebruikt.

CONCLUSIE:
Morfologie is de bepalende factor van het ras. Onze aandacht gaat allereerst uit naar de grootte van het lichaam en het hoofd, de fijnheid van de vacht, de slanke verschijning, de fijnheid van de staart.
De standaard is geen heilige tekst, maar een werkinstrument dat de fokkerij stuurt in de zin van het vermijden van verkeerde interpretaties en afwijkingen van de standaard.



Copyright © NVOW. All Rights Reserved. Designed by Albert @ N.V.O.W.
Gevestigd te 's-Gravenhage - Opgericht in 1935 - lid van de Raad van Beheer op Kynologisch Gebied in Nederland.